DEN DIKKE VAN RIKSKE

* Als 6-jarige moest ik , in gezelschap van mijn oudste zus, dit gruwelijk gebeuren van op de keukentafel meemaken. Van verdoofd slachten was nog lang geen sprake. Eerst kreeg het arme beest een paar mokerslagen met een voorhamer op zijn kop. Maar toen den dikke van Rikske , onze huisslachter, zijn mes in het vreselijk jankende varken stak, ging mijn licht uit en seconden later lag ik tussen zetel en tafelpoot helemaal van mijne klot (zoals dat toen heette) op de koude vloer. Vrijwel iedereen kwam me later een beetje uitlachen voor die slapte.

* Later op de dag hing het opengesperde beest op een ladder in de keuken. Uitzweten, werd me verteld. Maar dat zweten begreep ik niet. Telkens ik er voorbij moest, naar de stal toe, bekroop me een soort medelijden met het nu dode varken dat ik haast dagelijks hielp voeren. Zulk einde had ik dat knorbeest niet durven wensen.

* Bij valavond moest ik nog vlug om extra darmen naar het slachthuis bij den Huf. In het café deed ik mijn bestelling terwijl Jef van Trees en zonen een pint dronken na een dag van zware arbeid in het slachthuis. Ik wou me daar verder niets bij voorstellen. Bloed, kak en co waren niet echt mijn ding.

* Thuis stond alles klaar om een berg pensen te maken. Af en toe was het mijn beurt om de pensenmolen te bedienen. Van dan af kon ik de vreselijkste toestanden van vanmorgen al een beetje van me afzetten. Een winter lang aten we dagelijks een stuk van ons varken. Ik trachtte me wijs te maken dat hij zodoende nog een stuk van de familie bleef. Vervlogen tijden.