23 NOVEMBER 1334 ST. CLEMENSVLOED …
DE EEUWENLANGE STRIJD VAN ONZE KUST TEGEN DE NOORDZEE
Dat onze kustlijn er in de toekomst anders zal uitzien dan vandaag, lijdt geen twijfel. Onlangs nog haalde een studie het nieuws waarbij in het meest extreme geval de westelijke regio van de kust tegen 2100 grotendeels onder water zal komen te staan. Maar de kust van vandaag is ook niet de kust van gisteren. De kustbewoners strijden al eeuwenlang tegen het wassende water van de Noordzee.
Een eiland voor de kust
Wanneer u de volgende keer op de dijk van Oostende flaneert op zoek naar een nieuwbouwappartement om uw euro’s te beleggen, moet u beseffen dat onder die eerste golven het oude Oostende ligt.
In de vroege middeleeuwen, tussen de vijfde en zesde eeuw, ontstond er door de getijden voor onze huidige kustlijn een eilandje: “Testerep”, later verbasterd tot “Ter Streep”. Een landtong, aan de ene kant begrensd door de zee en aan de andere kant door een getijdengeul die bij hoogwater helemaal onder water kwam te staan. De oostelijke grens van Ter Streep ligt ter hoogte van Oostende, de westelijke grens in Westende en in het midden ligt– u raadt het al – Middelkerke.
De eerste honderden jaren was het eiland niet bewoonbaar omdat het continue werd overstroomd, maar gaandeweg vormde zich een duinengordel die het land beschermde tegen de golven. Eind de jaren 990 vestigden de eerste mensen zich op het oostelijke uiteinde van het eiland, de geboorte van Oostende.
De noodlottige Sint-Vincentiusnacht
Vanaf 1266 spreken we van de “stad” Oostende, want rond dat jaar kreeg de nederzetting op het oostelijke uiteinde van Ter Streep stadsrechten van Margaretha van Constantinopel, de gravin van Vlaanderen. De inwoners breidden hun stad uit, ten koste van de duinengordel. Een noodlottige evolutie, die uiteindelijk het einde zou betekenen van de eerste stad Oostende.
In de eerste decennia kregen de inwoners namelijk af te rekenen met verschrikkelijke watersnood. De storm op kerstavond 1330 vernielde een groot deel van Oostende, op 23 november 1334 overspoelde de Sint-Clemensvloed het eilandje.. In de Sint-Vincentiusnacht van 22 januari 1394 werd Ter Streep uiteindelijk bijna helemaal verzwolgen door de golven van de Noordzee.
De honderden gezinnen verlieten ijlings de oorspronkelijke stad en een aantal stichtte iets meer landinwaarts een nieuwe stad.
In de officiële akte ter oprichting van het nieuwe Oostende wordt expliciet geschreven dat de afgeplatte duinen moeten vervangen worden door een dijk. Nog enkele jaren bleven er evenwel een honderdtal gezinnen wonen op Ter Streep, maar opeenvolgende stormen lieten het eiland voor onze kust tegen begin 17e eeuw volledig verloren gaan.
Oostende onder water
Dat een dijk onze kust uiteindelijk niet voor de volle honderd procent kan beschermen, bewees de watersnood in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953. Een stevige noordwesterstorm – “uit het zeegat”, zoals ze aan zee zeggen – beukte toen in op de kusten van Nederland en België. Een windkracht 11 in combinatie met springtij zweepte de golven over de dijken en de binnenstad van Oostende liep onder water. Acht mensen verdronken, in de rest van België kwamen nog eens twintig andere mensen om het leven.
In Nederland was de situatie nog dramatischer: dijken braken en bijna 1 800 mensen verdronken. De ramp gaf in Nederland aanleiding tot de bouw van de Deltawerken die Nederland voortaan moesten beschermen tegen hoogwater. Maar ook bij ons werden er maatregelen getroffen. Zo werden de kades her en der verhoogd en kwam er een stormmuurtje op de dijk in Oostende.
Golven over de dijk
In de jaren die volgden op de storm van 1953 werd onze kust nog verschillende keren aangevallen door stormweer en hoge golven. In januari 1976 veroorzaakte een zware storm heel wat schade aan de kust en in het Scheldeland. In de Antwerpse gemeente Ruisbroek stond het water op sommige plaatsen tot drie meter hoog. De toenmalige koning Boudewijn bracht en bezoek aan de getroffen regio. De orkaan van 25 januari 1990 bracht dan weer veel schade toe aan de zeewering.
Tot vandaag echter heeft geen enkele storm nog dezelfde noodlottige kracht en zware gevolgen had als die van1953. Wel leidde het vaak tot spectaculaire beelden en bracht een stormaankondiging vaak zelfs ware toeristenstromen op gang. Spektakel bij de vleet.
Maar er moet in de eerste plaats natuurlijk worden gedacht aan de veiligheid van onze 67 kilometer lange kuststrook waarlangs zo’n 240.000 mensen wonen en werken.
Ter Streep “herwonnen” op de zee
Een derde van die 67 kilometer is nog steeds onvoldoende beschermd tegen zogenaamde superstormen, blijkt uit studies. Daarom werd het Masterplan Kustveiligheid opgesteld. Langs heel onze kustlijn worden maatregelen genomen om onze badplaatsen en het hinterland beter te beschermen tegen een duizendjarige storm, een storm die statistisch gezien om de 1 000 jaar voorkomt. De storm van 1953 was een 250-jarige storm.
Zo werd in Oostende in 2004 al een noodstrand aangelegd waarvoor 800 000 kubieke meter zand werd opgespoten. De zee komt nu niet meer tot aan de promenade en golven gaan bij stormweer niet meer over de dijk. Later kwam er ook nog een beschermde strekdam bij.
Met een beetje fantasie kan je zeggen dat door die werken het oude Oostende en het verzonken eiland Ter Streep voor een stuk heroverd is op de zee. En dat stemt meteen tot nadenken. Telkens je de Oostendse dijk oploop en je blik rechts werpt op wat ooit Ter Streep was en links het Oostendse centrum zie liggen, dan merk je hoe kwetsbaar we nog steeds zijn.
De realiteit van stormen, een stijgende zeespiegel en klimaatverandering kunnen we niet ontkennen. Hoe onze kustlijn er in de toekomst ook mag of moet uitzien, de strijd tegen het water zullen we moeten blijven voeren.
gelezen bij weerman Frank Deboosere
-lvv-